Reizen en kijken

17 februari 2017 - Eden, Australië

Woensdag 15 tot en met vrijdag 17 februari

Vol goede moed en vrolijk gingen we weer op pad, van Pretty Beach naar een nog onbekende bestemming. Beetje dwalen hoort erbij.

We reden over de Princess Highway, geen snelbaansweg zoals in Nederland met vlak asfalt en zoeven maar. Het is een tweebaansweg die aangelegd is dwars door het prachtige landschap heen. Best wel smal en best wel hobbelig. Met genoeg rustplaatsen die keurig aangegeven worden en meestal met toilet en water. De andere weggebruikers houden zich keurig aan de aangegeven snelheden. Met genoeg aansporingen om op tijd te rusten: Rest, Revive, Survive.

Maar waar ik ook heen kijk onderweg, het is overal mooi. Je rijdt dwars door bergen, door weides en bossen, over kreken en rivieren en door de dorpen en stadjes die je tegenkomt.

De grote vrachtwagens hebben voorop een imponerend hek waarop ze kangoeroes en ander wild dat oversteekt opvangen. Beter gezegd doodvangen, want stoppen doen ze niet. De ene keer dat wij een walibie zagen zijn we netjes gestopt (dat kon ook). Er liggen langs de weg echt heel veel dode kangoeroes en wombats en andere dieren. Ik kan er niet goed naar kijken.

Er is veel vakantieverkeer op de weg. Campers zoals die van ons, voor toeristen dus, van de merken Britz, Apollo en Let’s go Aussie. Campers en caravans van de mensen hier, de ene nog groter dan de ander. Achter de camper past best een boot of een auto. Achter en op de caravan (vaak dubbelassers, verstandig op deze wegen met veel hoogteverschillen), kano’s, kajakken, boten, soms fietsen of een bagageding. Voor de camper of caravan een grote, hoge auto. Mercedessen zie ik hier niet zo veel (jammer Kees!), wel veel Toyota’s.

De kleuren groen zijn hier feller dan eerder en de bomen zijn hoog en recht (ook namen van bomen onthoud ik niet). Zodoende kunnen ze altijd kijken naar de bergen die landinwaarts liggen.

Het verveelt niet om onderweg naar het landschap te kijken. Het land voelt zo open, is zo ruim maar tegelijkertijd ook aandachtig en in zichzelf gekeerd. En ik vind het overal bijna imponerend mooi. Dat belooft wat, we zijn hier nog maar net.

Gelukkig zijn er overal nationale parken en State Forests (ik denk zo iets als Staatsbosbeheer?), zodat heel veel van het land beschermd wordt en beschermd blijft. Veel ruimte maakt ook gretig ben ik bang, ik lees over protesten over huizenbouw, hoogbouw, toeristenvoorzieningen en wegen. Vastgoedhebzucht. Geld verdienen aan de schatten van het land zit natuurlijk wel verweven in de ontstaansgeschiedenis van Australië of waar ook ter wereld. Gaan wonen waar goud, tin, koper, opalen, edelstenen te vinden zijn. Als het op is dan gaan de mensen weer weg. Behalve de boeren, die blijven. En de Aboriginals, maar die waren er al en hebben van al die rijkdommen niks meegekregen.

We stoppen even in Batemans Bay en doen daar boodschappen, kijken wat kunst en betreden voor het eerst een Tourist Information. Dan rijden verder, keuren een camping af en voelen dat de volgende camping bij ons past. Ruim voor etenstijd komen we daar aan, dat is best knap van ons.

Mystery camping is voor één nacht ons thuis. Het is een bush camping, geen douches alleen een koude straal uit een open houten hok en compost toiletten. Wel drinkwater uit een kraan daar kunnen we ook de tank in de camper mee vullen.

Verder niks dan bomen, rust en uitzicht. We kijken uit op zee en zien waar zee en lucht elkaar kussen. De stilte hier is weldadig en maakt ook ons stil. Zelfs de vogels zwijgen. Als het donker wordt ontvouwt de hemel zich en al haar sterrenpracht mag aan ons getoond worden. We voelen ons bevoorrecht. Het Zuiderkruis aan de ene kant en Orion aan de andere kant en daartussenin kijk je recht de Melkweg in. Jammer dat we niet op het dak van de camper kunnen slapen en de hele nacht naar de sterren kunnen kijken.

Ik denk dat hier het mysterie in schuilt, in deze ongelofelijke prachtige hemel die hier te zien is.

Donderdag wandelen we nog over het strand en daarna gaan we weer en route. Onderweg drinken we koffie, met een taartje. En het is weer heel mooi! We gaan even langs bij een Native Animals Sanctuary maar het is meer een dierentuin. We zien wel emoes, een koala, veel slangen, vogels en natuurlijk kangoeroes en walibies. Ze zijn gered, maar ik vraag me af waarom de vogels in die kooien zitten en niet meer vrijgelaten worden. Misschien later hoop ik.

We hadden een camping uitgekozen maar niet begrepen dat er een onverharde weg van 18 kilometer heen voert. Moedig als altijd stuurde Max het voertuig de weg op maar zelfs hij vond het te dol. Teruggekeerd naar Eden en daar zijn we nu in het Eden Beach resort caravan park. Met stroom (dus voor het eerst de waterkoker gebruikt) en met wifi. Met keurige paadjes en keurig kamperen naast elkaar. En met warm water en hele fijne wc’s. Ik weet nu dat ik niet ben van de compost toiletten en heb dat bij Max ingevoerd als criteria. Alleen een camping met een normale wc. Onze camper heeft geen wc, vandaar (in Nieuw Zeeland gelukkig wel, dan kunnen we in het wild kamperen). Geen douches dat kan, een fles water is ook een douche tenslotte.

Zo’n caravan park is een andere wereld dan de campings die we tot nog toe hadden. Al die vakantie voertuigen die we onderweg zagen die staan dus allemaal hier op de camping. En nog groter en met meer zooi dan we dachten. Er zijn vouwwagens die bijna een meter boven de grond staan met nog allerlei uitklap dingen aan de zijkanten. Er staan vouwcaravans, pop up caravans en caravans met een soort pop uit uitbouw (een soort serre waarmee je de huiskamer verbreed). Sommigen huren een hokje met wc en douche achter het vakantie voertuig. Voor de deur de grote auto’s, soms ook met zo’n dieren doodvang hek voorop. Boven op het dak de antennes voor tv en ik denk een satelliet telefoon of zoiets. En ’s avonds allemaal barbecueën, met flink wat bier erbij.

Wij zijn de enige camper en ook het kleinste voertuig hier. Niemand heeft waslijnen, alleen wij. Niemand gaat ’s nachts naar de wc, alleen wij. Het openen van de deur ’s nachts voelt hier als een doodzonde. Niemand wast de vaat naast de camper, alleen wij. Een afwaskeuken konden we namelijk niet ontdekken. Wel acht wasmachines en even zoveel drogers. Proper als we zijn hebben we dus een aantal wasjes gedaan.

Overal staan boten, met namen als Gretha, Cool Waters II en BadBoy. Daar zou je zo een verhaaltje over kunnen schrijven!

We horen verhalen over een zoon die in Enschede woont, een voormalige Zaandammer die nu schapenboer is ergens in Victoria, hoe leuk het is dat wij hier zijn en hoe mooi het is in Nieuw Zeeland. Wij vinden het hier al zo mooi dus dat belooft wat!

Ondertussen kleurt de lucht donker en onweert het in de verte. Nog 21 dagen in dit prachtige continent en dus nog 21 dagen om Adelaide te bereiken, dat moet lukken. En echt heel knap van ons: de camping voor morgen is al uitgezocht! Het moet niet gekker worden denk ik bij mezelf.

PS: De wifi is heel slecht hier, foto’s plaatsen bij de laatste drie verhalen lukt niet. Dat komt later.

PS-2: We hebben nieuwe buren. Gelukkig houdt de buurman van harde muziek draaien. Er moet toch wel iets zijn wat lelijk is toch?

3 Reacties

  1. Sylvia:
    17 februari 2017
    Haha, wat schrijf je mooi en met humor! I love it! Morgen ga ik zelf op reis -voor ruim 3 weken naar Zuidelijk Afrika, te beginnen bij de Vic Falls- dus ik hoop dat ik jullie nog zo trouw kan volgen en anders ga ik veel van jullie prachtige verhalen inhalen in maart. Enjoy!
  2. Marijke B:
    17 februari 2017
    Je bent heel aktief geweest, kreeg ineens 3 verhalen.
    Leuk hoor.
    Geniet maar van het mooie weer. Hier blijft het wisselvallig.
    Hadden een dag dat het s nachts vroor en overdag kon je lekker op terras zitten
  3. Trees:
    20 februari 2017
    So good to read about your journey. Glad you are enjoying and appreciating the beauty of this wide brown land. Hope the weather stays good.