Kamperen en zo

17 februari 2017 - Eden, Australië

Dinsdag 14 februari

Het zoeken naar een camping begint te wennen. Je rijdt, je komt ergens aan, nee hier is het niks, je rijdt weer verder. Tot het goed voelt. Plekje zoeken op de camping, liefst zo ver mogelijk bij de anderen vandaan.

We hebben hier op Pretty Beach één mensenbuurman en die vind het nodig om de hele dag naar harde old school muziek te luisteren en ’s avonds knetterhard zijn tv aan te zetten. Heeft een generator bij zich voor stroom en een giga caravan die helemaal verstopt is onder een dak luifel, zij-luifels en nog meer luifels. Zegt geen gedag, geen goedemorgen, niks. Zeer ongewoon, want iedereen is heel vriendelijk tegen elkaar. Hai mate, how are you. Je hoeft geen antwoord te geven, want het is meer een beleefdheidsfrase. Ben je op vakantie, waar kom je vandaan, waar ga je naartoe. En bijna iedere Australiër die wij hebben ontmoet is wel eens in Nederland geweest of heeft familie in Nederland. We spreken Engels, Duits en een beetje Italiaans en krijgen tips over routes en bestemmingen en verhalen over stukjes uit hun levens.

Gelukkig overtroeven de geluiden van de natuur de mechanische geluiden van onze buurman. De golven dansen, de wind wuift en zwaait, de vogels hippen langs en fluiten hun eigen lied. Er zijn ook hier weer voor mij onbekende vogel geluiden. Al lang geleden heb ik opgegeven vogelnamen te onthouden, ik vergeet ze net zo snel als ik ze hoor. Ik luister echter met veel plezier naar hun geluiden. Eentje klinkt er als een verdwaasde saxofonist die ik ooit hoorde onder bij Ter Meulen in Rotterdam. Anderen hebben grote en heftige gesprekken met elkaar, in een wisselende toonhoogte. Er is een klein zwart en witte vogel die parmantig hipt en eigenwijs zingt: Je kent me niet en je kunt me toch niet pakken. De parkieten (zo noem ik ze maar) zijn er in alle kleuren, soorten en maten en zijn blijkbaar bang niet gehoord te worden. Vandaar dat ik steeds schrik van volume, duur en vocabulaire.

Kangoeroes als buren, die vind ik leuk en ik kijk met veel genoegen naar ze. Met die kleine voorpoten met best wel lange nagels kunnen ze overal op hun lijf heel goed krabben. Met een soort elegante yoga zwaai kunnen ze zelfs op hun rug krabben. De onderste poten hebben pipo-de-clown-voeten, hun onder- en bovenbenen scharnieren waanzinnig. Ze huppen of ze kruip-sluip-lopen. Ik wist niet dat ze zo kort gras afgrazen en dat ze op hun zij slapen (net als ik). Grazen en poepen gaat trouwens goed samen. Ze kijken niet op of om van ons, terecht. Zij wonen hier en wij zijn op visite.

Het kamperen zakt wat in onze genen en maakt op een bepaalde manier lui. Elke dag douchen wordt een hele klus (nu al!). We ruiken toch niks? Shirtjes kunnen best twee of drie dagen gedragen worden, met mijn voorraad is dat heel lang niet wassen. Mijn haar krijgt weer oude krullen en voelt zich prima in de wind. Aankomen met de bus, stoeltjes en tafel eruit en we zijn klaar. De luifel opzetten is niet meer aan de orde geweest, waslijnen ophangen ook niet want we hebben geen was. De takken van de bomen kunnen prima onze handdoek dragen, want douchen doen we natuurlijk wel. Als er tenminste een douche is. En die is hier, deze camping krijgt van ons een 10. Schone toiletten, warme douches voor één dollar, en heel veel schaduwplekken.
’s Avonds hebben we voor het eerst een vuurtje gemaakt in een ijzeren vuurkorf.

Pretty Beach is mooi, met weer een nieuwe kromming in de baai en ander blauw in de oceaan. Het zand is geelachtig, de golven hoog maar er is vandaag geen surfer te zien.

De ochtend van de 15e gaan we nog even over het strand wandelen. In de verte de berg Gulaga. Ik moet denken aan de woorden op het informatiebord, over zitten op die berg en weten wanneer het tijd is om te gaan dwalen.
Hoe mooi is het dat er vanuit de aarde, of in de wind, of via de voorouders iets naar je roept: Het is nu tijd om te gaan. Wandering around. Walkabout. Ik sluit mijn ogen en voel of iets mij roept. Nee, wij moeten het vandaag weer doen met de kaarten en de navigatie.
Maar toch, een klein beetje, voel ik de liefde voor dit immense land in mijzelf wakker worden.

1 Reactie

  1. Rian:
    17 februari 2017
    Het lijkt of het nu echt is begonnen! X